1
(P)referentiële
opvoeding en begeleiding
van a tot z
12-delige
wetenschappelijke encyclopedie
Deel 12 : Vr - Ze
Accent op wereld- en zelforiëntatie
Hoofdredactie: Jo Franck
2
INDEX DEEL 12 ENCYCLOPEDIE
(Moeilijk) vriendjes maken 10
Wat is een vriend voor een kind. Hoe kansen bieden voor
vriendschap ?
Vroegkinderlijke relaties en hun betekenis 22
Op basis van vroegkinderlijke relaties bouwt het kind een
voorstelling op van zichzelf, betekenisvolle anderen en
de relatie hiermee. Latere relaties worden hierdoor ge-
kleurd.
Wie vult wat in ? 28
Zo het kind leemten en tekorten ontmoet, zal het ge-
neigd zijn deze zelf in te vullen. Hoe ongunstige invullin-
gen voorkomen ?
Wie of wat begint ? Attribueren bij communicatie 43
Waaraan toeschrijven bij communicatie ? Waar situeer
je wat in gesprek ?
Waarden in de opvoeding 85
Hoe waarden concretiseren in de opvoeding ?
Impliciet of expliciet waarderen 95
Bij het waarderen van groepen en personen stemt wat
we zeggen niet steeds overeen met wat we doen.
3
Waar om in de opvoeding ? 103
Zonder dat je het altijd bewust bent, kan het in de op-
voeding van je kind rond iets komen draaien. Iets wat je
wil, of juist niet wil.
Het wat van waarden, normen en kwaliteiten jongeren-
thema 111
Wat kunnen waarden, normen en kwaliteiten concreet
betekenen en zijn in het opvoedingsgebeuren ?
Wat activeerde je ? Schema’s als voorspeller 118
Om te weten hoe je iets moet begrijpen, hoe je moet re-
ageren en welke situatie zich voordoet, ga je veelal af op
wat je meent dat iemand activeerde in interactie met je.
Wat activeerde ik ? 123
Wat activeer je bij je kind, zodat je kind zo reageert ?
Wat activeert iemand in je ? 131
In contact met iemand wordt iets in je geactiveerd dat
meer of minder aan je behoeften tegemoet komt. Hoe
in contact meer aan je behoeften tegemoet weten ko-
men ?
Wat komt eerst, wat komt later ? 137
Als ouder kan je merken dat wat voorafgaat, wat volgt
kan beïnvloeden. Wil je iets beter begrijpen, dan kan je
eens verder terugkijken.
4
Aan wat ? Wat aan ? 150
Wat staat allemaal aan zodat we iets zo oppakken en op
die manier reageren ? Hoe brengen we hier zo nodig
verandering in ?
Wat is primordiaal ? 163
Als ouder is niet steeds duidelijk wat primordiaal is voor
je kind. Is het de realiteit, het actief-zijn, of zijn voor-
stelling ?
Van kwetsbaarheid naar weerbaarheid 173
Elk van ons is erg kwetsbaar. Hoe helpen bij de ontwik-
keling van weerbaarheid ?
Weerstand voorkomen 185
Nu en dan krijg je te maken met weerstand en verzet van
het kind. Met wat hebben die te maken ? Hoe ze voor-
komen of overwinnen ?
(Weer)werk of werkt weer ? 209
Wat kan vermeerderd of toegevoegd om iets opnieuw
op dreef te krijgen ?
Verzameling weetjes 222
Informatie over visie, methodiek en praktijk encyclope-
die.
5
Weg van of op weg naar ? jongerenthema 232
Als jongere wil je soms weg van iets, maar wat als je op
weg zou gaan naar iets ?
Focussen op wat niet of wat wel 241
Loop je vast in details of laat je je leiden door het ge-
heel op een evenwichtige en gedoseerde wijze?
Wennen 248
Hoe breng je je binnenwereld in overeenstemming met
de buitenwereld ?
Welke wereld voor het kind ? 257
Als ouder wil je een wereld voor je kind waaraan het kan
groeien. Wat als dit niet helemaal lukt ?
Schema’s als werkmodel 274
Via de affectieve en cognitieve ontwikkeling ontstaat een
intern werkmodel over personen, zichzelf en relaties.
Lichamelijk weten 287
Voorbije ervaringen worden niet enkel in je geheugen
vastgelegd. Ook in je lichaam gebeurt dit.
Wie beloont, straft, negeert? 294
Als ouder ga je er vanuit dat jij beloont, straft of negeert.
Wat als je kind je imiteert ?
6
Defensieve of constructieve communicatiewijze 303
Soms merken ouder en jongere dat het met elkaar moei-
lijk lukt. Zonder het te beseffen hebben ze tegenover el-
kaar een defensieve mindset ontwikkeld. Hoe onderling
te komen tot een constructieve opstelling ?
Als je niet meer met woorden praat 320
Soms ervaart je kind of jijzelf als ouder dat praten niet
werkt of niet kan. Hoe jezelf dan duidelijk maken ?
Woordenschat 332
Hoe je iets verwoordt voor je kind en jezelf, kan net het
verschil maken. Op wat gaat wat je benoemt terug ?
Jongere en zakgeld 344
Wat kan zakgeld voor je kind betekenen ? Of, wanneer en
hoeveel zakgeld geef je als ouder ?
Dit zeggen, dat bedoelen 351
Soms lukt het je niet (langer) te zeggen wat je bedoelt.
Hoe hier toch meer in lukken ?
Hoe zeg ik het ? 363
Je kan wat je communiceert aan heel wat koppelen zo-
dat wat je uitdrukt gunstiger wordt.